In Mexico vond er tussen 1200 en 1521 een bloeiende beschaving plaats. Deze periode wordt gekenmerkt door de opkomst en ondergang van de Azteken, een van de meest bekende en invloedrijke Meso-Amerikaanse culturen. Hieronder volgt een uitgebreid overzicht van het leven in Mexico gedurende deze periode.
Opkomst van de Azteken
Tussen 1200 en 1521 groeide de Azteekse beschaving uit tot een machtig rijk in Meso-Amerika. Ze vestigden hun hoofdstad Tenochtitlan op een eiland in het Texcocomeer, wat tegenwoordig overeenkomt met het moderne Mexico-Stad. De Azteken waren bekend om hun geavanceerde landbouwtechnieken, architectuur en complexe sociale structuur.
De Azteken geloofden in een pantheon van goden en voerden regelmatig rituele offers uit om hun goden gunstig te stemmen. Deze offers omvatten vaak mensenoffers, waarbij gevangenen of krijgsgevangenen werden geofferd om de goden tevreden te stellen. Hoewel dit voor ons vandaag de dag barbaars lijkt, was het voor de Azteken een essentieel onderdeel van hun religie en wereldbeeld.
Samenleving en cultuur
De Azteekse samenleving was sterk gestructureerd en georganiseerd. De bevolking was verdeeld in verschillende sociale klassen, waaronder de adel, priesters, krijgers en gewone mensen. De adel en priesters hadden de meeste macht en privileges, terwijl de gewone mensen vaak landbouwers waren die het grootste deel van het voedsel produceerden.
De Azteken hadden een complexe kalender en waren bedreven in wiskunde en astronomie. Ze hadden ook een ontwikkeld schrijfsysteem dat gebruik maakte van pictogrammen en hiërogliefen. Veel van hun kennis en tradities werden mondeling doorgegeven van generatie op generatie.
Economie en handel
De Azteken hadden een bloeiende economie die gebaseerd was op landbouw, handel en belastingen. Ze verbouwden gewassen zoals maïs, bonen en pompoenen, en hielden ook dieren zoals kalkoenen en honden. Daarnaast waren ze bedreven in het maken van ambachtelijke producten zoals aardewerk, textiel en sieraden.
De Azteken hadden een uitgebreid handelsnetwerk dat zich uitstrekte over Meso-Amerika. Ze ruilden goederen zoals cacao, veren, jade en obsidiaan met andere culturen in de regio. Deze handel was essentieel voor de economie van het Azteekse rijk.
Spaanse verovering
In 1521 werd het Azteekse rijk veroverd door de Spaanse conquistador Hernán Cortés. De Spanjaarden brachten ziektes zoals pokken mee, die de inheemse bevolking decimeerden. Daarnaast maakten ze gebruik van verdeeldheid onder de inheemse volkeren om hun macht te consolideren.
De Spaanse verovering van Mexico had verstrekkende gevolgen voor de inheemse bevolking. Veel van hun tradities, talen en culturen werden onderdrukt of vernietigd. De Spaanse kolonisatie bracht ook het katholicisme naar Mexico, wat een blijvende invloed had op de religie en cultuur van het land.
Nasleep
Ondanks de verwoestingen van de Spaanse verovering, bleven er inheemse gemeenschappen bestaan in Mexico. Deze gemeenschappen hebben hun tradities en cultuur weten te behouden, zij het vaak in aangepaste vorm. Vandaag de dag zijn er nog steeds inheemse volkeren in Mexico die hun eigen talen spreken en hun eigen tradities en rituelen in ere houden.
De periode tussen 1200 en 1521 was een cruciale tijd in de geschiedenis van Mexico. Het was een tijd van grote veranderingen, waarin de Azteken opkwamen en uiteindelijk werden veroverd door de Spanjaarden. Het leven in Mexico gedurende deze periode was rijk en complex, met een bloeiende cultuur, geavanceerde landbouwtechnieken en een uitgebreid handelsnetwerk.